In het verleden werden perslucht en daarmee een compressor meestal als must voor een autowerkplaats gezien. Gezien elektrisch gereedschap met snoer gevaarlijk (door de hoge spanning) en onhandig is, werd veel gebruik gemaakt van luchtgereedschap. Dankzij Lithium accu’s en borstelloze motoren is dit echter compleet veranderd. De meeste gereedschappen, zoals slagmoersleutels, ratelsleutels en schuurmachines zijn tegenwoordig ook als sterke versies op accu beschikbaar. Daardoor valt ook de luchtslang weg. De accu’s zijn niet goedkoop, maar door alleen gereedschap van een enkel merk te gebruiken heb je maar een paar nodig.
Een compressor daarentegen is groot, duur en maakt herrie – luchtgereedschap alleen is daarom nauwelijks een reden om een compressor aan te schaffen, ook al is deze lichter dan elektrisch gereedschap. De twee meest belangrijke redenen om alsnog een compressor te kopen zijn
- Een straalcabine
- Het verven van auto’s
Stralen is de makkelijkere toepassingen. Een straalcabine is ideaal om metalen onderdelen schoon te maken. Het nadeel is dat straalcabines groot zijn en een grote hoeveelheid lucht nodig hebben. Maar voor wie voldoende ruimte hebt en veel metaal moet schoonmaken, is het waarschijnlijk de moeite waard.
Wat het verven betreft, het tijdperk van de met penseel geverfde Ford Model T is lang geleden. Goede verf vereist spuiten met constante luchtdruk, en dus een compressor. Spuitbussen zijn geschikt voor undercoating en grondverf op plekken die je niet ziet, maar het resultaat van het lakken van grote stukken plaatwerk hiermee zal tegenvallen. Een auto laten spuiten is duur, waardoor zelf spuiten mogelijk aantrekkelijk klinkt – maar er is een reden, waarom het duur is: het vereist veel voorbereiding (schuren en vullen), een stofvrije spuitcabine en handigheid en ervaring in het gebruik van de spuitpistool. Het zal dus tijd en geld kosten totdat het resultaat bevat. Maar voor wie de ruimte heeft en regelmatig denkt te willen spuiten kan het de investering in een compressor zeker lonen.
